In mijn werk spelen gewone, alledaagse objecten een hoofdrol. Het zijn meestal gebruiksvoorwerpen die ik gevonden, gekregen of geërfd heb. Dat het gaat om gewone dingen maakt dat iedereen ze kan herkennen en zich er mee kan identificeren: een theelepeltje, de afgebroken parel van een oorbel, een vaasje. Ik vind het belangrijk om deze voorwerpen te koesteren en in hun eigenheid te waarderen in tegenstelling tot de wegwerpideologie van de moderne tijd. Ze vertellen verhalen en maken een verbinding met het verleden. Mijn werk waardeert deze objecten zoals ze zijn en geeft ze zo natuurgetrouw mogelijk weer.


Vondsten uit de natuur zijn hiernaast belangrijke onderwerpen in mijn werk, zij herinneren aan de vergankelijkheid van de tijd en het leven. Alles komt tot bloei en vergaat ten slotte weer en keert terug naar de aarde. Ik werk zo realistisch mogelijk, waarbij ik me inspan de vormen van de gekozen voorwerpen te volgen en ze zo beter te doorgronden en te begrijpen.
 

Mijn werk schaar ik onder de traditie van het stilleven. De stillevens die ik schilder componeer ik zorgvuldig, waarbij ik mijn onderwerpen isoleer van hun achtergrond zodat ze in al hun pracht worden uitgelicht en aandacht krijgen. Deze aandacht en concentratie zijn ook van belang tijdens het schilderproces. Door de voorwerpen in een bepaalde verhouding tot elkaar te brengen komen ze tot leven en komt er een harmonie tot stand die verstillend werkt en uitnodigt tot contemplatie.